Frescobaldi Consort ‘Fa dolce Melodia’
2 februari 2003, Lutherse Kerk, Hamburgerstraat, Utrecht
Genre: Barok
Componisten/uitvoerenden: Antonio Bertali | Biagio Marini | Dario Castello | Girolamo Frescobaldi | Heinrich Ignaz Franz von Biber
Opnametechniek: Fokke de Boer
Wij hebben Sweelinck, Italië heeft Frescobaldi. Van twee kanten bouwden zijn een traditie op.
Wat zou het leuk zijn hè, als Nederland en Italië nog eens een verbeten strijd gingen uitvoeren wie er nou eigenlijk de vader van de klaviermuziek is, Sweelinck of Frescobaldi. Verhitte polemieken, uitgebreide artikelen waarin het eigen gelijk wordt gehaald, en in het spoor daarvan een hele sloot aan Nederlanders en Italianen die in hun chauvinistische ijver deze oude zeventiende-eeuwse muziek gaan opzoeken en zelf leren spelen…
Maar nee, in die tijd leven we niet meer. Wij zijn nuchter genoeg om te erkennen dat Sweelinck en Frescobaldi allebei op hun eigen manier onmisbaar waren voor de barokke klaviermuziek. Sweelinck stichtte de Noord-Duitse orgelschool, Frescobaldi bracht in Italië en Zuid-Duitsland. Allebei waren ze werkzaam aan het begin van de zeventiende eeuw, de tijd waarin instrumentale muziek steeds meer geaccepteerd werd. Dat merken we wel aan de vele tijdgenoten van hem die we hier horen. Deels gewoon collega’s, deels navolgers.
Tegen het einde van het concert horen we ook de beroemde chaconne voor viool solo van Biber. Deze Zuid-Duitser was bijna een eeuw later actief. In zijn muziek horen we tot welke hoogten de instrumentale muziek, mede dankzij Frescobaldi, intussen gegroeid is.