Middeleeuwers. Ze leefden totaal anders dan wij, maar uiteindelijk waren hun emoties door en door menselijk.
Als je muziek van vroeger gaat uitvoeren, loop je al gauw tegen een cultuurverschil aan. Mensen dachten anders, de maatschappij zat anders in elkaar, de techniek stond op een ander punt. Middeleeuwse muziek komt uit een maatschappij die niet de onze is. Maar achter de sluier van zeven eeuwen lonkt de herkenning. Liedboeken uit deze tijd staan vol met liefdesliedjes – nette en minder nette – liederen over vreemde landen, liederen over dood en (weder)geboorte. Je hoort hoe de middeleeuwer treurt over de dood van een vriend – ook al was de dood in die tijd dagelijkse kost en zou je zeggen dat de mensen wel wat gewend waren. Je hoort liedjes over boerenmeisjes en ridders – ook al bepaalden je milieu en je ouders in die tijd wel met wie je trouwde. En geldproblemen – die kennen wij ook, ook al hebben wij het onvoorstelbaar veel beter dan de veertiende-eeuwers.
Deze en andere teksten vinden we in het Gruuthuse-handschrift, een veertiende-eeuws handschrift vol poëzie in de volkstaal. Enkele teksten uit dat boek werden beroemd, zoals het Egidiuslied (een lied waarin wordt gesuggereerd dat de verloren vriend zelf zijn dood heeft gekozen!). Wij lezen die teksten als poëzie, maar in hun tijd werden ze gezongen. Er staat zelfs een rudimentaire notatie in streepjes bij. Het is even puzzelen, maar er valt een melodie van te maken. Dat is precies wat Fala Música hier doet.
Handschriften als deze komen bijna altijd uit Brabant of Vlaanderen. In de veertiende eeuw zat de beschaving vooral nog in het zuiden. De Noordelijke Nederlanden liepen nogal achter. Maar daar kwam verandering in: Holland en het Sticht waren bezig aan een serieuze inhaalslag. Er zijn ook spaarzame muziekfragmenten uit Utrecht en Leiden bewaard. Ook die worden hier uitgevoerd.