Componisten/uitvoerenden: Arthur Honegger | Benjamin Britten | John Dowland | Paul Hindemith
De altviool is een eeuwenoud instrument, maar haar potentieel als solo-instrument werd pas laat ontdekt.
In de zeventiende eeuw waren er nog lange tijd meer altviolen dan ‘kleine’ violen, maar tegen het eind van die eeuw werd de viool ontdekt. De altviool was vanaf nu alleen nog halflage vulstem; soms werd ze helemaal weggelaten. Zelfs Mozart, die erop uitblonk, bedacht het instrument maar stiefmoederlijk.
In de twintigste eeuw ontdekten componisten eindelijk wat ze allang hadden kunnen weten: dat je uit dit instrument de mooiste en veelzijdigste tonen kunt halen. Je kunt het laten klinken als een cello, maar je kunt er ook flink de hoogte mee in. De klankkleur is matter dan bij een viool, maar wie wil er nou de hele tijd fonkelende klanken horen?
Bij altvioolmuziek denken we al gauw aan Paul Hindemith, die zelf professioneel altviolist was. Ook Hindemiths tijdgenoot en geestverwant Honegger heeft een altvioolsonate geschreven. Benjamin Britten liet zich voor zijn Lachrymae inspireren door de Pavana Lachrymae (‘Flow my tears’) van John Dowland.