Opera Quarta ‘De gouden eeuw van de viool’
23 januari 2005, Ambachts- en Baljuwhuis, Voorschoten
Genre: Barok
Componisten/uitvoerenden: Antonio Vivaldi | Arcangelo Corelli | Francesco Maria Veracini | Jean-Marie Leclair | Pietro Antonio Locatelli
Opnametechniek: Anton van Halderen
Sonates uit Italië
De invloed van de Italiaanse barokmuziek op de overige Europese barok – vooral de Franse en de Duitse – is erg groot: componisten als Händel, Bach en Charpentier lieten zich inspireren door Italiaanse componisten. Daarnaast blijkt die invloed in de muzikale vormgeving en stijl: het Oratorium, de Opera, de Cantate en, van belang met het oog op het programma van deze middag, de Sonate zijn in de Italiaanse muziekcentra – vooral Venetië, Bologna en Rome – ontwikkeld en toonaangevend geworden in vrijwel alle andere Europese landen tot in Rusland toe.
De Sonate, ontstaan uit de Italiaanse Canzona, werd in het algemeen geschreven voor een of twee melodie-instrumenten, meestal violen, ondersteund door een basso continuo (klavecimbel en violoncello, soms ook luit). Voorzover de muziek gebruikt werd bij religieuze plechtigheden sprak men van Sonata da Chiesa, in andere gevallen van Sonata da Camera of kortweg Sonata. Het aantal delen liet aanvankelijk grote variatie toe, maar tendeerde na verloop van tijd naar drie, soms gescheiden door een soort intermezzo’s, zoals vaak bij Corelli. De Sonate ligt ook ten grondslag aan het Concerto Grosso, de Symfonie en het Soloconcert waarin het orkest als het ware de plaats ging innemen van de basso continuo.
Opera Quarta (2000) bestaat uit vier studenten van de afdeling Oude Muziek van het Koninklijk Conservatorium. Het repertoire van het ensemble concentreert zich rond de triosonate, te beginnen met de vroegste verschijningsvormen daarvan toen de violoncello in Italië in gebruik raakte (rond 1600). Deze sonatevorm maakte daarna een ontwikkeling door bij componisten in Italië, Duitsland en Frankrijk.