Een festival voor Indiase muziek is niet meer compleet zonder een ensemble uit het zuiden. Dit jaar horen we T.M. Krishna.
Noord- en Zuid-India, dat is niet zomaar vergelijkbaar met Noord- en Zuid-China, of het noorden en zuiden van de VS. Mensen spreken totaal verschillende talen en de gebieden hebben een verschillende geschiedenis. Overeenkomsten zijn er ook. Ook in het zuiden is de meerderheid van de bevolking hindoe (juist daar, want de moslims hebben daar maar kort geheerst), en ook daar is er een klassiekemuziektraditie. De Carnatische muziek, zoals die traditie heet, lijkt op de Hindoestaanse muziek, maar heeft de afgelopen eeuwen haar eigen ontwikkeling doorgemaakt. De verschillen vallen natuurlijk vooral kenners op; buitenstaanders zijn meer geneigd de overeenkomsten te horen.
In dit concert horen we T.M. Krishna (1976), destijds nog een jonge vent maar in India al een hele beroemdheid. Geboren in Chennai (Madras), het centrum van alles wat Carnatisch is, maar behoorlijk excentriek in zijn muziek. Zijn zangstijl is expressief en gaat ver over de grenzen van wat een Indiase klassieke zanger traditioneel doet. Zijn optredens zijn al net zo flamboyant en bieden bepaald niet het hoofse tafereel dat je normaal bij deze muziek ziet. Op die manier raakte hij wijd en zijd besproken, ver voorbij zijn regio, ook in het gebied waar mensen geen woord van zijn Tamil-teksten verstaan. Dat zo’n beroemdheid naar Amsterdam komt is dus niet zomaar iets!