Woensdag in Grand Café Europa zetten we het werk van de Duitse componist Hugo Distler uitgebreid in de schijnwerpers.
Europese muziek tussen de twee wereldoorlogen: Hugo Distler (1908-1942).
Distler is vooral bekend vanwege zijn kerkelijke koormuziek. Hij studeerde aan het conservatorium in Leipzig, waar hij aanvankelijk de opleiding tot Kapelmeister volgde met piano als tweede onderwerp. Maar later, op advies van zijn docent Hermann Grabner, veranderde hij van richting en koos voor compositie en orgel. Nog voor zijn afstuderen werd Distler kerkemusicus in het St. Jacobikerk in Lübeck in 1930. Vanaf 1933 gaf hij les aan de Kerkmuziekschool in Berlijn, en later (1937) aan de Stuttgartse Württembergische Hochschule für Musik. Dit zijn zeer productieve jaren voor Distler waarin hij veel van het werk componeerde die we in het programma zullen laten horen.
In 1940 verhuist hij naar Berlijn om daar professor te worden aan de Staatliche Akademische Hochschule für Musik. Maar de oorlogsjaren werden steeds moelijker voor Distler. Veel vrienden vonden de dood, hij had erg veel last van de toenemende Geallieerde luchtbombardementen, het werkdruk lag hoog en hij was in paniek over de constante dreiging om in het Duitse leger ingelijfd te worden. Op 1 november 1942 te Berlijn pleegde hij zelfmoord. Hij is 34 jaar geworden.
Speellijst:
1. Ich wollt, daß ich daheime wär; In der Welt habt ihr Angst; Das ist je gewißlich wahr; Fürwahr er trug unsere Krankheit. Hugo Distler Chor Wien o.l.v. Alois Glaßner.
2. Partita ‘Frisch auf, gut Gsell’, Partita ‘Elselein, liebstes Elselein’, Variationen ‘Wo Gott zum Haus nit gibt sein Gunst’. Arno Schönstedt, orgel.
3. Frage und Antwort, Der Knabe und das Immelein, Die traurige Krönung, Lied vom Winde, Lammwirts Klagelied. Carmina Mundi o.l.v. Harald Nickoll.
4. Orgelsonate op.18/II. Jan Hage, orgel.
5. Choral-Passion. Nederlands Kamerkoor o.l.v. Uwe Gronostay.
Grand Café Europa, woensdag 6 augustus, 20.00-22.00
