Portret van de Belgische componist: August de Boeck.
August de Boeck (1865-1937) werd geboren in het Vlaams Brabantse Merchtem. Hij kreeg zijn eerste muzieklessen van zijn vader die in hem een opvolger zag als organist daar. Hoewel hijzelf lang organist is geweest, heeft August de Boeck voor dit instrument niet zoveel geschreven. Zijn hart ging meer uit naar het schrijven van symfonisch werk voor zowel symfonie- als blaasorkesten.
Hij verdiende de kost als leraar en organist en vanaf 1880 tot aan 1891 volgde hij regelmatig muzieklessen aan het koninklijk Muziekconservatorium in Brussel. August de Boeck sloot zijn muziekstudie af met de hoogste prijzen voor harmonie, contrapunt en hij kreeg zelfs de virtuositeitprijs voor orgel. Maar in 1899 ontmoette hij de nestor van de Belgische blaasmuziek: Paul Gilson, die hem aanraadde opnieuw te gaan studeren en dit keer compositie en orkestratie.
Boeck, August de
1. Fanfare
Brass Band Buizingen olv Luc Vertommen
2. Excelsior
3. Dahomeense Rhapsodie (1893)
Koninklijke Harmonie der Belgische Gidsen olv François de Ridder
4. Ave
5. Vrijheidsgeest (1935)
6. Wals
7. Geuze-Lambik (1934)
8. Fantaisie (1902)
Brass Band Buizingen olv Luc Vertommen
9. La Phalène (1896): Andante moderato – Vivace – Wals
Koninklijke Harmonie der Belgische Gidsen olv François de Ridder
World Wind Music WWM 500.111
