Thema | Concertzender | Klassiek, Jazz, Wereld en meer
Search for:
spinner

Thema

za 19 dec 2009 16:00 uur

Oorgetuige #10: de Ballets Russes. ‘Alles ter nagedachtenis aan jou…’ Russische muziek van de twintigste eeuw.
Na zijn successen met de Saisons Russes zon Sergej Djagilev op nieuwe ‘grootse plannen’ om het Parijse publiek voor zich te winnen. Hij had het al voorgesteld aan de bas Fjodor Sjaljápin, die in 1908 centraal kwam te staan in Moesorgski’s Boris Godoenov. De echte doorbraak kwam in 1909 met de Ballets Russes, die startten met Tsjerepníns Le Pavillon d’Armide.

Djagilevs biograaf Sjeng Scheijen: “Conceptueel behoorde deze Boris Godoenov tot een stroming die al ver over haar hoogtepunt was. Het eindresultaat […] was één grote ahistorische lappendenken van de meest verscheidene exotica uit het Russische keizerrijk. Precies deze hyperbool van exotische stapeling zou het recept voor succes worden van Diaghilevs werk.”
 
Het was echter niet de opera, maar het ballet, “de synthese van alle bestaande kunstvormen”,  waarmee Djagilev zijn blijvende triomf zou vestigen. Aleksandr Benois schreef in 1908: “Het ballet is misschien wel de meest welbespraakte vorm aller schouwspelen, omdat zij het mogelijk maakt dat de twee meest uitzonderlijke gidsen van het denken – muzikale klank en gebaar – aan het licht komen in al hun volheid en diepte, zonder zich op te dringen met woorden, altijd het denken aaneensmedend, haar van de hemel naar de aarde leidend en weer terug. In het ballet ligt het liturgische karakter besloten waarover we de laatste tijd zo verhevigd droomden.”
 
Samen met Nikolaj Tsjerepnin, getrouwd met zijn nicht Marie, had Benois in 1906 het ballet Le Pavillon d’Armide geschreven. De komst van choreograaf Michajl Fokine bracht de realisatie van dit ballet in een stroomversnelling, waardoor het in 1907 in het Marinski in première kon gaan. Deze première geldt als de geboorte van een nieuwe balletcultuur in Sint-Petersburg in handen van de nieuwe generatie. Het was logisch dat Djagilev dit ballet in 1909 koos voor de start van zijn Ballets Russes in Parijs. En hoe. Volgens een recensente “kreeg de schepping op de zevende dag alsnog een toevoeging”! Door allerlei intriges in Rusland werd de vrouwelijke hoofdrol niet gedanst door de prima ballerina assoluta Matilda Ksjesinskaja, en al evenmin door het grootste talent, Anna Pavlova. Tamara Karsavina, die later de hoofdrol danste in Stravinski’s Vuurvogel, liet samen met Vatslav Nizjinski en zus Bronislava in het Châtelet de indruk achter “werkelijk uit een andere, hogere, mooiere wereld te komen”.
 
‘Alles ter nagedachtenis aan jou’. Deze dichtregel van Aleksandr Poesjkin uit 1825 gaf dichteres Anna Achmátova als motto mee aan haar Noordelijke Elegieën, een gedichtencyclus die ze schreef in een van de zwartste perioden van haar land en haar leven, tussen 1940 en 1955. We zitten daarmee ineens in het hart van Rusland in de twintigste eeuw, in de Sovjet-Unie tijdens de Grote Vaderlandse Oorlog; en met deze twee grote Russische dichters proberen we ook de ziel van Rusland te naderen. Want, zoals Aleksandr Herzen zei na lezing van Gogols Dode Zielen: “De Russische ziel had in potentie veel te bieden.” 
Modest Petrovitsj Moesorgski (1839-1881), uit de opera Borís Godoenov (1868-1872):
1. Proloog, 2de scene, Monoloog Boris ‘Skórbit dóesja’  en koor Slava.
2. Tweede bedrijf – Klokkenspel: Boris ‘Oech, tjazjeló!’
3. Vierde bedrijf, 2de scene – Afscheid van zijn zoon en dood Boris.
Fjodor Sjaljápin, bas, opnamen gemaakt tussen 1910 en 1927.
Russian Disc RDCD 00391

4. Nikolaj Nikolájevitsj Tsjerepnín (1873-1945), Le Pavillon d’Armide, opus 29 (1907).
Moskous Symfonieorkest o.l.v. Henri Sjek.
Naxos Marco Polo 8.223779

Samenstelling:
close
Om deze functionaliteit te gebruiken moet u zijn. Heeft u nog geen account, registreer dan hier.

Maak een account aan

Wachtwoord vergeten?

Heeft u nog geen account? Registreer dan hier.

Pas het wachtwoord aan