Bennewitz Kwartet & Harry-Imre Dijkstra | Concertzender | Klassiek, Jazz, Wereld en meer
logo
Search for:
spinner

Bennewitz Kwartet & Harry-Imre Dijkstra

26 maart 2005, Noorderkerk, Amsterdam

Thema: Modern
Componisten/uitvoerenden: Leos Janácek | Rezső Kókai | Tristan Keuris
Opnametechniek: Joost Kist

Het twintigste-eeuwse vervolg van een negentiende-eeuwse delicatesse.

Er zijn maar een handjevol klarinetkwintetten geschreven, maar het genre roept bij kenners meteen duidelijke beelden op: de edele, donkere klank van de klarinet verenigd met de al even edele klanken van het strijkkwartet. Soms wordt de klarinet concertant uitgespeeld tegen de strijkers, maar vaak gaat hij ook een duet aan met altviool of cello. De paar klarinetkwintetten die het repertoire hebben gehaald – Mozart, Brahms, Reger – horen eigenlijk altijd tot de top van wat de componist gemaakt heeft.

In dit concert geen achttiende- of negentiende-eeuwse meesterwerken, maar wel stukken uit de twintigste eeuw. Het klarinetkwintet van Tristan Keuris bijvoorbeeld. Deze componist kreeg altijd al het verwijt dat hij in de negentiende eeuw was blijven hangen, dat hij ‘te mooi’ componeerde. En Keuris was er de man niet naar om zich daar iets van aan te trekken. Gelukkig maar, want binnen de Nederlandse muziekwereld had hij genoeg fans om zijn werk op het repertoire te houden. Zo klinkt hier, negen jaar na zijn vroege dood, nog het ‘te mooie’ Klarinetkwintet uit 1988.

Van Rezső Kókai hebt u vast nog nooit gehoord en eerlijk is eerlijk: wij ook niet. Hij was een Hongaars musicoloog en componist in de eerste helft van de vorige eeuw. En ja, in zo’n positie sta je dan al snel in de schaduw van de grote Bartók. Zijn Quartettino voor klarinet en strijktrio bewijst dat hij weliswaar niet zo vooruitstrevend was, maar dat hij zeker wel oor had voor nieuwe ontwikkelingen – en voor de Hongaarse volksmuziek die zijn illustere landgenoot zo radicaal ontsloten had.

Het bekendste werk op dit programma komt van Leoš Janáček. Deze Tsjechische componist was vooral radicaal in zijn vocale werk, dat hij rigoureus op zijn moedertaal entte. De melodieën en het ritme moesten resoluut meegaan met de patronen die je in levend spraakgebruik aantrof. In zijn twee strijkkwartetten was hij niet zo revolutionair. Deze werken zijn nog intens romantisch van aard. De naamgeschiedenis van het Kreutzersonate-kwartet is interessant. Het kwartet is vernoemd naar de roman van Lev Tolstoj, die het werk weer vernoemde naar een vioolsonate van Beethoven. Uiteraard is er minstens één schrijver geweest die het niet kon laten om Janáček weer met een roman te belonen: Margriet de Moor bracht in 2001 een roman Kreutzersonate uit en zette zo deze kunstzinnige estafette voort.

Strijkkwartet nr. 1
Leoš Janáček
Bennewitz Kwartet: Jirí Nemecek en Stepán Ježek-viool, Jirí Pinkas-altviool en Stepán Doležal-cello
Quartettino in C voor klarinet en strijktrio (1952) - Sonatine, allegretto moderato - Scherzino, allegro assai - Canzonetta, andante moderato, sempre molto rubato - Finaletto, presto
Rezső Kókai
Bennewitz Kwartet: Jirí Nemecek en Stepán Ježek-viool, Jirí Pinkas-altviool en Stepán Doležal-cello & Harry-Imre Dijkstra klarinet
Klarinetkwintet (1988) - Lamento, lento e mesto - Scherzo misterioso e passagio - Elegia, adagio con espressione - Finale, impetuoso
Tristan Keuris
Bennewitz Kwartet: Jirí Nemecek en Stepán Ježek-viool, Jirí Pinkas-altviool en Stepán Doležal-cello & Harry-Imre Dijkstra klarinet
close
Om deze functionaliteit te gebruiken moet u zijn. Heeft u nog geen account, registreer dan hier.

Maak een account aan

Wachtwoord vergeten?

Heeft u nog geen account? Registreer dan hier.

Pas het wachtwoord aan