Indiase Klassieke Muziek: Dhrupad (2)
16 maart 1996, Grote Aula, Tropeninstituut, Amsterdam
Twee zangers, een oude en een jonge. Maar allebei gehard in de traditie van de dhrupad-zang.
Nadat we voor de pauze al snarenspeler Bahauddin Dagar hoorden, volgt er nu opnieuw een optreden van bijna anderhalf uur. Deze keer is de beurt aan twee zangers, Zia Fariduddin Dagar en Uday Bhawalkar. Fariduddin, de oom van Bahauddin, was ten tijde van dit concert al in de zestig en al jaren beroemd in kringen van kenners. Hij was de goeroe (wat niets meer of minder wil zeggen dan ‘leermeester’) van Uday Bhawalkar. De twee begrijpen elkaar dus en weten hoe ze samen een raga moeten zingen.
In dit concert klinken er twee. We beginnen met raga malkauns, een raga voor de kleine uurtjes. Wij willen na middernacht nog weleens onze buren irriteren met harde muziek, maar in de Indiase muziek is dit dagdeel – als je dan nog niet slaapt – het moment voor rustgevende melodieën. Volgens de Indiase mythologie is deze raga uitgevonden door de godin Parvati. Hij is zo rustgevend dat zelfs Shiva de vernietiger er stil van werd. Iets wat we ons heel goed kunnen voorstellen als we dit zo horen. De tweede raga, bhairav, wordt ook in verband gebracht met de god Shiva, maar wordt normaal gesproken ‘s morgens gezongen. Dat een concert ermee afsluit, is ongebruikelijk; de heren volgen blijkbaar niet alléén de traditie.