Componisten/uitvoerenden: Artjom Kim | Guo Wenjing | Ji-Sun Yang | Luis Henrique Yudo | Seung-Ah Oh
Opnametechniek: Kees Bijl, fonografie
Slagwerk Den Haag weet zijn repertoire altijd weer daar vandaan te halen waar een ander het niet zoekt. Deze keer is het Verre Oosten aan de beurt.
“Orient Express”, zo heette een luxetrein die in de Belle Époque van het westen naar het oosten reed. Deze trein ging echter niet verder dan Constantinopel. Als de trein doorrijdt naar China, noemen we hem dus Peking Express.
Dat klinkt allemaal lekker gedateerd en koloniaal. Maar er is sindsdien een hoop veranderd. De muziek van het westen heeft het oosten bereikt, en ook daar zijn componisten-westerse stijl opgestaan. Hun muziek kunnen we uitvoeren, maar het meeste ligt niet voor het oprapen. Een handjevol Japanners, een enkele Koreaan en één Chinees, Tan Dun, zijn bekend geworden. Het ligt niet in de aard van Slagwerk Den Haag om voor die grote jongens te gaan. Liever wordt gekozen voor Seung-Ah Oh of Ji-Sun Yang.
Hebben deze componisten iets gemeen? Niet per se allemaal, maar een terugkerend fenomeen is het spelen met clichés uit west en oost. Yang leidt ons met de titel al meteen naar de overbekende Engelse canon ‘Row, row, row your boat’, en Yudo verwijst, of we moeten ons sterk vergissen, naar een nummer van Johnny Cash. Diens ‘Saint Quentain’ gaat over een gevangenis (kent u het niet, zoek dan de legendarische live-uitvoering in die gevangenis op). Veel kunstenaars ervaren de conventies van hun stiel ook zo. Voelt Yudo zich alsof hij levenslang heeft in de beperkte mogelijkheden van de muziek? Guo Wenjing pakt het dan weer anders aan. Hij verwijst met Parade klaarblijkelijk naar Satie en dat is opmerkelijk, omdat hij nooit buiten China gestudeerd heeft.