Dwarsliggers & Buitenbeentjes | Concertzender | Klassiek, Jazz, Wereld en meer
logo
Search for:
spinner

Dwarsliggers & Buitenbeentjes

za 28 okt 2023 15:00 uur
Componisten/uitvoerenden: Carla Bley | Charlie Haden | Count Basie
foto: Kotivalo

Dwarsliggers en buitenbeentjes: Carla Bley

IK WAS ER ALS EEN VAN DE WEINIGEN BIJ TOEN CARLA BLEY IN 1966 VOOR HET EERST OPTRAD IN NEDERLAND; HAAR ZWANEZANG UIT 2019 –LIFE GOES ON (ECM)– IS VOOR IEDEREEN BESCHIKBAAR  

 

Dankzij mijn zorgvuldig bijgehouden plakboeken heb ik kunnen achterhalen dat ik een van de bezoekers was van het eerste concert dat Carla Bley in Nederland heeft gegeven: op zaterdag 15 januari 1966 in de Rotterdamse jazzclub B-14.

Via de elpees van George Russell, Jimmy Giuffre en Paul Bley kende ik een aantal van haar composities. Die vond ik raadselachtig, aangrijpend en ambivalent, vanwege een pikante combinatie van sentimentaliteit en ironie.

Het concert zelf, door een kwintet met Mike Mantler, Steve Lacy, Kent Carter en Aldo Romano, met uiteraard Carla Bley op piano, viel mij nogal tegen. De heren deden maar wat  (zoals dat in de jaren zestig van de vorige eeuw wel vaker gebeurde)  maar ik onderkende in Carla Bley wel een muzikante met een enorme potentie. Ik ben haar carrière blijven volgen, en daarvoor werd ik bijna twee jaar later beloond met een grandioos meesterwerk: A Genuine Tong Funeral door een tienmansbezetting (met als kern het kwartet van Gary Burton).

Met bezettingen van tien instrumentalisten heeft ze daarna nog menig meesterwerk vastgelegd, maar met een conventionele big band bezetting van achttien man kon ze ook prima uit de voeten. En Carla voelde zich ook goed thuis in een zesmansbezetting en ze was ook zielsgelukkig met haar vaste triomaten van de laatste tientallen jaren: Andy Sheppard en Steve Swallow.

Tussen januari 1966 en haar laatste optreden in TivoliVredenburg, 16 oktober 2019, heb ik haar vaak mogen bewonderen op festivals en concerten, waarvan ik er een aantal zelf in Utrecht heb georganiseerd. De concerten van Carla Bley waren altijd

bijzondere gebeurtenissen: intens, dramatisch, geconcentreerd.

Op dat laatste trio-concert (met Andy Sheppard (tenor) en Steve Swallow (bas)) in Utrecht zag ze er heel broos en breekbaar uit. Mijn bange vrees dat we haar vermoedelijk niet meer terug zouden zien werd vier jaar later bewaarheid.

In mei 2019 heeft Carla vermoedelijk haar laatste ECM-c.d. opgenomen, met een echte Carla Bley-titel: Life Goes On.

Vandaag laat ik zeven composities en arrangementen horen uit de periode 1966—2011.

+++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++

 

DE SPEELLIJST

 

1.Goodbye Pork Pie Hat (compositie: Charles Mingus, arrangement: Carla Bley) 8:36

solisten: Gary Valente (trombone) en Lew Soloff (trompet)

juli 1993, Londen

 

  1. Sing me softly of the blues (compositie + arrangement: Carla Bley) 7:42

solisten: Carla Bley (orgel en piano), Roswell Rudd (trombone), Mike Mantler (trompet), Cornell Dupree (gitaar), Steve Gadd (drums)

zomer 1976, Willow, N.Y.

 

  1. The Lord is listenin’ to ya, Hallelujah (compositie + arrangement: Carla Bley) 7:24

solisten: Gary Valente (trombone), Carla Bley (orgel)

augustus 1981, Great American Music Hall, San Francisco

 

  1. Ida Lupino (compositie: Carla Bley) 3:25

Paul Bley (piano), Mark Levinson (bas), Barry Altschul (drums)

juli 1966, Rome

 

  1. Beads (compositie + arrangement: Carla Bley) 8:28

solisten: Carla Bley (piano), Andy Sheppard (tenor), Lew Soloff (trompet)

juli 1996, Chiesa San Francesco al Prato, Perugia

 

  1. Song for The Whales (compositie: Charlie Haden, arrangement: Carla Bley) 11:44

Liberation Music Orchestra: Time/Life (Impulse)

solisten: Charlie Haden (bas), Tony Malaby (tenorsax)

augustus 2011, Middelheim Jazz Festival, Antwerpen

 

  1. Spiritual, opgedragen aan Martin Luther King, Medgar Evers, Malcolm X

(compositie: Charlie Haden, arrangement: Carla Bley) 8:59

Liberation Music Orchestra + Oakland Youth Chorus: Dream Keeper (Blue Note)

solisten: Ray Anderson (trombone), Branford Marsalis (tenorsax), Charlie Haden (bas), Amina Claudine Myers (piano)

april 1990, New York City

 

++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++

 

CARLA BLEY ONTWORSTELDE ZICH AL SNEL AAN DE HIGH ENERGY BANDELOOSHEID VAN DE FREE JAZZ

 

Carla Bley was 29, toen ik haar voor het eerst in levenden lijve heb mogen meemaken. Op zaterdag 15 januari 1966 trad zij op in de Rotterdamse jazzclub B-14 als lid van een kwintet, dat een paar dagen eerder in Baarn een l.p. had opgenomen voor het Fontana-label. Oudere jazz-liefhebbers zullen zich die plaat –Jazz Realities—misschien nog wel herinneren omdat op de hoes een portret was afgebeeld van Carla Bley, Mike Mantler en Steve Lacy door de robuuste kunstenares Marte Röling. In totaal heeft Fontana in die tijd meer dan een dozijn platen met onconventionele jazz op de markt gebracht, die allemaal extra aandacht trokken dankzij de portretten van Marte Röling. Deze platen zijn destijds in geringe oplages uitgebracht en zijn tegenwoordig vertroetelde trofeeën in de collecties van vinylverzamelaars.

Bij de liefhebbers van vernieuwende jazz was de naam van Carla Bley zo rond het midden van de jaren zestig steeds bekender aan het worden: de componist en bandleider George Russell (1923—2009) had op vier van zijn vroege l.p.’s stukken van Carla Bley opgenomen, ook de saxofonist/ klarinettist Jimmy Giuffre (1921—2008) ruimde op de Verve-albums Fusion en Thesis plaats in voor stukken van Carla Bley (in 1992 als dubbel c.d. heruitgebracht door ECM onder de naam Jimmy Giuffre 3, 1961). Maar het was vooral haar toenmalige echtgenoot Paul Bley (1932—2016) die zich een ware propagandist betoonde voor de composities van Carla Bley: op de l.p. Footloose (Savoy) uit 1963 staan 5 stukken van Carla, op de compromisloze kwintetplaat Barrage (1964) staan er 6  en op de milde trioplaat Closer (1965) prijken zelfs zeven composities van Carla Bley.

Ook nadat het huwelijk tussen Paul Bley en Carla Borg in 1967 op de klippen was gelopen bleef Paul Bley zijn hele carrière lang de composities van Carla trouw. Zo nam hij in 1991 Paul Bley plays Carla Bley (Steeple Chase) op,  een jaar later gevolgd door Homage to Carla Bley (Owl). En Carla bleef haar hele leven de achternaam van haar eerste echtgenoot voeren.

Hoewel het Nederlandse debuut van het Carla Bley kwintet mij betrekkelijk rauw op de maag viel —in de solo’s vierden toeval en willekeur victorie, innerlijke logica was ver te zoeken; “total abstraction” was een eufemistische uitdrukking voor deze wilde kop-noch-staart erupties— viel ik als een blok voor de flitsende schoonheid en de ironische inslag van haar composities. Je voelde aan alles dat hier een bandleider met een missie bezig was, een intrigerende kunstenares van wie we nog veel zouden horen.

 

CARLA KRIJGT HAAR BEKOMST VAN TOTAL ABSTRACTION EN KOMT AL SNEL MET HAAR EERSTE MEESTERWERK OP DE PROPPEN

 

 

Ze kreeg al snel genoeg van deze meest bandeloze vorm van free jazz,  die in feite totaal niet strookte met de beeldschone sfeer van haar composities en haar minimalistische manier van soleren (min of meer à la de spaarzame Count Basie). In The Rough Guide to Jazz doet de criticus Ian Carr uit de doeken dat ze al snel haar bekomst had van die algehele bandeloosheid: “In 1966, while touring Europe with Peter Brötzmann en Peter Kowald playing high-energy free jazz, she suddenly became disenchanted with total abstraction. She went back to the USA and began working on her composition A Genuine Tong Funeral. Later she said: “That’s when my life started. I stopped being part of the stream I was in and struck out as a protest to that stream.”

A Genuine Tong Funeral (met als ondertitel Dark Opera Without Words) werd in 1967 opgenomen door het Gary Burton kwartet (Gary Burton, Larry Coryell, Steve Swallow, Bob Moses) versterkt met vijf vertrouwelingen uit het kamp van Carla Bley: Mike Mantler (trompet), Jimmy Knepper (trombone), Howard Johnson (tuba), Steve Lacy (sopraansax), Gato Barbieri (tenorsax) plus Carla Bley zelf in de rol van dirigent/pianist/organist.

De Down Beat-criticus Don DeMichael onderkende de unieke kwaliteiten van dit Carla Bley-opus en beloonde deze RCA-plaat met vijf sterren. Gedurende zijn verdere carrière heeft Gary Burton altijd Carla Bley-composities op zijn repertoire gehouden; de l.p. Dreams so Real (ECM) uit 1975 bevatte wederom louter Carla Bley-stukken.

Hoewel A Genuine Tong Funeral door RCA onder de naam van (de rising star) Gary Burton werd uitgebracht was het natuurlijk een puur Carla Bley-produkt waarmee zij hoge verwachtingen wekte bij de kenners en ingewijden. Vanaf 1967 was zij tot haar terugtreden in 2019 onafgebroken betrokken bij een gigantische serie projecten, waar meerdere meesterwerken tussen zitten.

De komende weken gaan wij door met het uitlichten van de carrière van Carla Bley.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Samenstelling & presentatie:
close
Om deze functionaliteit te gebruiken moet u zijn. Heeft u nog geen account, registreer dan hier.

Maak een account aan

Wachtwoord vergeten?

Heeft u nog geen account? Registreer dan hier.

Pas het wachtwoord aan