Dwarsliggers & Buitenbeentjes | Concertzender | Klassiek, Jazz, Wereld en meer
Search for:
spinner

Dwarsliggers & Buitenbeentjes

za 13 apr 2024 15:00 uur
Componist: John Coltrane

Dwarsliggers en Buitenbeetjes; twee eposodes uit het leven van drummer Tootie Heath (1935—2024) 

 

De jongste telg van de Heath Brothers,  drummer Albert Heath, is op 3 april 2024, 88 jaar oud, aan de gevolgen van leukemie in Santa Fe (New Mexico) overleden. Zijn oudste broer, de bassist Percy Heath, geboren in 1923, is in 2005 overleden , 81 jaar oud, terwijl saxofonist en componist Jimmy Heath, geboren in 1926, in 2020 is overleden (93  jaar oud). Daarmee zijn ze in dezelfde volgorde naar het hiernamaals afgereisd als waarmee ze in Philadelphia ter wereld zijn gekomen.

 

Merkwaardig genoeg heeft de musicus met de meest stabiele en consequente carrière, Percy Heath, het kortst geleefd (al is het behalen van een leeftijd van bijna 82 jaar voor een jazzmusicus in de V.S. een eerbiedwaardige prestatie) terwijl de roekeloze wildebras van de familie, wiens carrière aanvankelijk gepaard ging met drugsgebruik en gevangenis-straf, 93 jaar oud is geworden.  Al moet ik er meteen aan toevoegen dat hij zijn “personal problems” voortvarend de baas is geworden en werd hij later in zijn carrière rijkelijk met eerbewijzen, prijzen en oorkonden besprenkeld. 

Als Jimmy Heath, na een straf van vier jaar en vijf  maanden te hebben uitgezeten in de Federale Gevangenis in Lewisburg (Pennsylvania), op 21 mei 1959  zijn leven als tenorsaxofonist en arrangeur kan hervatten staat Orrin Keepnews hem op te wachten met een verleidelijk aanbod. Op voorspraak van Cannonball Adderley, een goede vriend van Jimmy Heath, is Keepnews er van overtuigd geraakt dat hij met een gerust hart met de tot inkeer gekomen zondaar in zee kan gaan. Daar hebben we een gedenkwaardige reeks van zes Riverside-albums aan te danken; tussen 1959 en 1964 komt er ieder jaar een nieuwe titel met telkens een andere bezetting en aanpak op de markt: The Thumper (’59), Really Big (’60), The Quota (’61), Triple Threat (’62), Swamp Seed (’63) en tenslotte in ’64 On the Trail. De zes c.d.’s hebben twee constanten met elkaar gemeen, eigenlijk drie: Jimmy Heath is de tenorsaxofonist èn de componist/arrangeur terwijl zijn bijna tien jaar jongere broer “Tootie” verantwoordelijk is voor de soepel swingende voortgang. Op vier van de zes platen is ook broeder Percy van de partij, zodat je die platen ook onder de naam van de Heath Brothers had kunnen uitbrengen. Maar het hameren op de bloedverwantschap tussen Jimmy, Percy en Tootie zou pas in 1975 een aanvang nemen, met de l.p. Marchin’ On! (Strata-East). Jammer genoeg zou dat een reeks van tien platen worden waarin de gebroeders zich nogal eens lieten infecteren door de verwarring der tijden, wat bijv. blijkt uit het overvloedig gebruik van gebrekkig bespeelde fluitjes en andere exotische instrumenten. Brrr.  

 

OP ZIJN DEBUUT-ALBUM GEDRAAGT TOOTIE ZICH ALS HET  ONOPVALLENDSTE JONGETJE VAN DE KLAS

         

In deze eerste uitzending n.a.v. het overlijden van Albert Heath (er zullen er nog een paar volgen) laat ik allereerst het album-debuut van de jongste telg van de Heath Brothers horen. Op de l.p. in kwestie —COLTRANE— maakt Tootie deel uit van een groep, die hij best wat meer op zijn donder had mogen geven. Aan John Coltrane zal dat niet hebben gelegen: Tootie Heath en John Coltrane hebben rond 1955 langdurig geschnabbeld in Philadelphia & Omstreken als onderdeel van Bill Carney’s Hi-Tones, featuring Shirley Scott.

In een interview (uit 1960) heeft Coltrane iets over die periode verteld: “ I left Johnny Hodges in 1954, then I played around Philly with an organ trio. You’ve heard of Shirley Scott —she was the organist. She swung me out of the place sometimes. Al Heath was on drums and we had a wonderful group. I got a chance to play, I was the only horn so I could stretch out, building up on the horn. That was what I wanted. Being with this group helped me very much.”

We moeten echter wel verdisconteren dat Coltrane in mei 1957 een man van aanzien is geworden; hij zal zich t.o.v. Tootie Heath niet anders dan vroeger hebben gedragen, maar hij heeft als lid van het Miles Davis kwintet tussen oktober 1955 en april 1957 een komeetachtige ontwikkeling doorgemaakt. Misschien was Tootie ook wel geïmponeerd door de aanwezigheid van de “steel-fingered” bassist Paul Chambers of door de eigenaardige blikken die de studiobaas in Hackensack, Rudy van Gelder,  hem toewierp.

Hoe dan ook: zo geïmponeerd en ingetogen als  Al Heath overkomt op zijn debuut-album, zo zelfverzekerd en directief klinkt hij op Really Big, de tweede Riverside-plaat op naam van zijn broer Jimmy Heath. De klus op Really Big is heel wat ingewikkelder dan op COLTRANE: Albert Heath moet zowel de uitgeschreven passages voor de zeven blazers van de juiste accenten en dynamische uitroeptekens voorzien als de solo’s lekker laten swingen. Het is mede aan het arrangeursvernuft van Jimmy Heath te danken dat Tootie zijn dienende kwaliteiten zo swingend en glorieus kan etaleren. Het onopvallendste jongetje van de klas uit 1957 is uitgegroeid tot een assertieve teamspeler. 

De laatste zin van het lemma over Al “Tootie” Heath in The Guinness Who’s Who of Jazz slaat de spijker op de kop: “ A subtle player with an exceptional ability as a sensitive accompanist, Al Heath remains one of the more interesting if lesser-known bebop drummers.”

 

 

SPEELLIJST

 

*Johnny Splawn—trompet, John Coltrane—tenorsax, Sahib Shihab—baritonsax (# 1, 3, 4), Mal Waldron—piano (# 1-3), Red Garland—piano (# 4), Paul Chambers—bas, Albert “Tootie” Heath—drums

Opname: 31 mei 1957, Hackensack (New Jersey)

 

  1. Straight Street (6:16)
  2. While My Lady Sleeps (4:39)
  3. Chronic Blues (8:10)
  4. Bakai (8:39) 

 

*Bron: John Coltrane: COLTRANE—Prestige LP 7105

 

 

*Clark Terry—trompet, Nat Adderley—kornet, Tom McIntosh—trombone, Dick Berg—hoorn, Cannonball Adderley—altsax, Jimmy Heath—tenorsax, Pat Patrick—baritonsax, Tommy Flanagan—piano ( # 5-7), Cedar Walton—piano

(# 8-10), Percy Heath—bas, Albert Heath—drums

Opname: 24 en 28 juni 1960, New York City (New York)

 

  1. Big “P” (3:53)
  2. Old Fashioned Fun (4:34)
  3. On Green Dolphin Street (4:42)
  4. Mona’s Mood (4:53)
    9.   Nails (4:47)
  5. My Ideal (4:10)

 

 

*Bron: The Jimmy Heath Orchestra: REALLY BIG!—Riverside LP 1188    

foto: Frans Schellekens 

 

Samenstelling & presentatie:
close
Om deze functionaliteit te gebruiken moet u zijn. Heeft u nog geen account, registreer dan hier.

Maak een account aan

Wachtwoord vergeten?

Heeft u nog geen account? Registreer dan hier.

Pas het wachtwoord aan