Een edele componist, die Mozart en Haydn hoogstpersoonlijk kende.
Vorige week hadden we muziek van Johann Baptist Vanhal (of Jan Křtitel Vaňhal), een tijd- en stijlgenoot van Mozart en Haydn. Ook onze componist van vandaag hoort in dat rijtje thuis.
Carl Ditters von Dittersdorf (1739-1799) kwam uit een welgesteld gezin en schopte het later zelfs tot de adelstand (vandaar de toevoeging “von Dittersdorf” achter zijn naam). Nu hoefde je als welgesteld burger of edelman in de achttiende eeuw zeker geen muziek te schrijven om aan de kost te komen. Maar Dittersdorf was er van kinds af aan zo goed in dat hij er toch zijn beroep van maakte. Het tekende de snel toenemende status van de componist: in plaats van ambachtsman werd hij steeds meer een kunstenaar, en een hooggeplaatst persoon hoefde zich daar niet te goed voor te voelen.
Dittersdorf voldeed aan het ideaal van Mozart: zijn muziek was geliefd bij kenners en liefhebbers. De Ierse tenor Michael Kelly schrijft hoe hij op een soiree in Wenen eens een strijkkwartet hoorde. Het waren vier illustere spelers. De eerste violist was de uitvinder van het strijkkwartet zelf, Joseph Haydn. Mozart speelde (zoals gewoonlijk) de altviool, Vanhal tekende voor de cello. Dittersdorf speelde de tweede viool.
Ook bij het publiek was hij zeer geliefd. Een groot succes werd vooral zijn opera Doktor und Apotheker. Dit is een Singspiel, een Duitstalige opera waarin tussen de nummers door gesproken dialoog is. We kennen deze vorm bijvoorbeeld van Mozarts Zauberflöte of Die Entführung aus dem Serail. Maar geen van Mozarts opera’s kon tijdens zijn leven op tegen dit succesnummer van Dittersdorf.
In deze uitzending horen we – natuurlijk, zouden we haast zeggen – delen uit Doktor und Apotheker. Maar we horen ook twee instrumentale werken, want daar blonk Dittersdorf misschien nog wel meer in uit. We horen een hoboconcert en een symfonie. De symfonie is een bijzonder werk. Om te beginnen heeft ze vijf delen, één meer dan gebruikelijk. Verder is het geen absolute muziek maar zit er een duidelijke boodschap aan. Het is om precies te zijn een sinfonia nel gusto di cinque nazioni – een symfonie naar de smaak van vijf landen.
We horen achtereenvolgens muziek in Duitse, Italiaanse, Engelse, Franse en Turkse stijl. Tenminste: wat een Wener zich daar anno 1766 bij voorstelde. De Duitse muziek is ingetogen en niet meer van de laatste mode: er speelt een strijkorkest zonder blaasinstrumenten. De Fransen en Engelsen zijn al helemaal in de barok blijven hangen: de Fransen komen met hun barokke Lully-achtige menuet, terwijl de Engelsen het bij een kort marsje houden dat met zijn tweestemmigheid opvallend simpel is. De ‘Turkse’ muziek is natuurlijk een karikatuur in de stijl van de toen populaire turqueries: vreemde melodieën, harmonieën en ritmes kruiden de muziek die in essentie gewoon westers blijft. Mozart zou het later in zijn Turkse rondo en zijn Entführung aus dem Serail niet anders doen.
Maar de gemeenste sneer is toch wel voor de Italianen. Hun deel bestaat uit louter nietszeggende clichés, die ein-de-loos herhaald worden. Het tekent de kijk die Duitsers en Oostenrijkers op Italië hadden: gewiekste en handige ambachtslui, maar geen greintje inhoud. Jaren later zou Mozart nog met woorden van gelijke strekking afgeving op Clementi. Van je collega’s moet je het maar hebben!
In het slotrondo horen we alle landen opnieuw langskomen. Het hoofdthema is hier voor de Duitsers, maar nu niet voor de Noord- maar voor de Zuid-Duitsers. De stijl is nu helemaal van deze tijd, en de blazers zijn aanwezig, maar de holle clichés van de Italianen hebben ze niet overgenomen. Zo is dit werk een fraai staaltje propaganda voor de Weense avant-garde, waar Dittersdorf een van de belangrijkste vaandeldragers van is.
Speellijst en uitvoerenden
1. Hoboconcert in G, L. 42
Camerata Bern o.l.v. Thomas Füri; Heinz Holliger (hobo)
2. Doktor und Apotheker (delen)
Harald Stamm (bas), Waltraud Meier (mezzosopraan), Hildegard Uhrmacher (sopraan), Donna Woodward (sopraa), Wolfgang Schöne (bariton), Frieder Lang (tenor), Gerhard Unger (tenor), Martin Finke (tenor), Alois Perl (tenor), Thomas Pfeiffer (bariron), Staatsorchester Rheinische Philharmonie o.l.v. James Lockhart.
3. Sinfonia nel gusti di cinque nazioni (Grave A10)
Failoni Orkest o.l.v. Uwe Grodd.
Details Sinfonia nel gusto di cinque nazioni
I. Tedesco (Duits): Andantino
II. Italiano: Allegro
III. Inglese: Allegretto
IV. Francesco: Minuetto – Turco: Trio
V. Finale