Genre: Blaasmuziek
Componisten/uitvoerenden: Anton Bruckner | Giovanni Gabrieli | Guus Janssen | Hans Werner Henze | Johann Sebastian Bach | Kurt Weill
Opnametechniek: Kees Bijl, Fonografie
Wat kun je met blazers? Meer dan alleen marcheren en swingen!
Nogal wat instrumenten lijden onder een imagoprobleem. De harp bijvoorbeeld, daar kun je alleen maar verwijfde muziek mee maken. Het orgel is een instrument voor muffe kerkratten. En wat hebben we nog meer? O ja, de basgitaar wordt altijd door de grootste sukkel bespeeld.
Ook de koperblazers zitten vast in stereotypen. Zo zouden het altijd de stoere, ongecompliceerde mannen zijn. Types achter de wijven aan, motor onder je kont en bierbuik op je vijfendertigste. In een fanfare is het altijd hartstikke gezellig, maar serieuze muziek wordt er niet gemaakt. Natuurlijk vind je de koperblazers en de saxen ook in de bigband, maar hoe lang was die al niet meer cool?
Wie met dit vooroordeel rondloopt heeft iets heel wezenlijks gemist. Sinds de jaren zestig hebben harmonieën, fanfares en brassbands zich serieus geëmancipeerd. Steeds meer richten ze zich op andere muziek dan marsen, ouvertures en walsen. Sommige blaasmuziekensembles laten complete werken voor zich componeren. Anderen leggen zich toe op het arrangeren van oudere muziek. Zo’n arrangement moet het liefst door en voor het orkest zelf gemaakt zijn – en bij voorkeur nog niet eerder zijn uitgevoerd.
Hill Street Brass uit Hilversum kiest voor een groot deel het laatste pad. Op hun concert horen we tal van oude stukken. Soms heel oud: dan treffen we ineens Giovanni Gabrieli aan. Soms minder oud, zoals bij het Locus iste van Anton Bruckner. De Ragtimes & habaneras van Henze zijn oorspronkelijk voor koper, net als diverse minder bekende composities. Zo biedt dit concert een rijke en afgewogen staalkaart van wat een goede brassband anno 2006 allemaal kan!